dinsdag 5 juli 2011

Maatschappelijk faillissement dreigt voor woningcorporaties

Woningcorporaties teren snel in op het beschikbare eigen vermogen. Deels wordt dit veroorzaakt door eigen ambities voor de korte en middellange termijn. Anderzijds zijn externe maatregelen debet aan het versneld interen op beschikbare reserves. Door bezuinigingsoperaties en aanscherping van het beleid blijft het gros van de corporaties tot op heden voldoen aan de eisen die door de sectorinstituten worden gesteld om in aanmerking te blijven komen voor garantiestellingen voor nieuwe leningen en een positief oordeel van het Centraal Fonds Volkshuisvesting. Vergeten wordt echter dat toekomstige uitgaven in het kader van de prestatievelden die in het Besluit Beheer Sociale Huursector zijn omschreven mogelijk gemaakt moeten worden uit het rendement op het geïnvesteerde eigen vermogen. Om ook in de toekomst in volkshuisvestelijk opzicht een belangrijke rol te blijven spelen zal het eigen vermogen voldoende omvangrijk moeten zijn en blijven om de wenselijk geachte investeringen in de volkshuisvesting vanuit het rendement op dat vermogen te blijven bekostigen.

Het vinden van een balans tussen de korte termijn ambities enerzijds en het kritisch bewaken van omvang van en het rendement op het eigen vermogen moeten ervoor zorgen dat corporaties niet alleen voor de korte maar ook voor de lange termijn een rol van betekenis kunnen blijven spelen. Daarvoor is meer nodig dan het voldoen aan de eisen die door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw en het Centraal Fonds Volkshuisvesting aan de financiële huishouding worden gesteld. Mocht dat worden vergeten dan dreigt marginalisering van de maatschappelijke rol van woningcorporaties.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten